De juiste bandenspanning behouden

Ervoor zorgen dat uw banden de aanbevolen bandenspanning hebben zal hun levensduur verlengen en zorgt voor een optimale handling, goed remgedrag en brandstofbesparing. Daarom is het regelmatig controleren van de bandenspanning een goede gewoonte.

Alle banden verliezen spanning, meestal met een tempo van ongeveer 0,069 bar per maand (1 psi). Dit kan zelf sneller gaan als u vaak lange afstanden rijdt, of wanneer u op ongelijke wegen rijdt en met zware belasting. Het spanningsverlies zal ook toenemen bij hogere temperaturen. We adviseren dat u maandelijks de bandenspanning controleert en het bandenprofiel tegelijkertijd controleert. De correcte bandenspanning vindt u terug in de handleiding van uw wagen evenals op de zijwand van elke band.

Controleer de bandenspanning steeds als de banden koel zijn. Het rijden warmt de banden op waardoor de lucht in de banden uitzet en de bandenspanning niet nauwkeurig kan worden afgelezen.

Uw bandenspanning controleren

  1. Gebruik de bandenspanningsmeter op de compressor in uw garage of koop er één in een autowinkel.
  2. Zoek het ventiel van de band en draai de dop los.
  3. Druk met de meter op het ventiel. U hoort een kort sissend geluid, waarna de indicator van de meter een resultaat zou moeten tonen.
  4. Vergelijk de druk op de meter met de aanbevolen bar- of psi-waarde voor de band.
  5. Stel zo nodig de bandenspanning naar boven of onder bij.
  6. Controleer de spanning nogmaals en stel ze nogmaals bij totdat de aanbevolen waarde is bereikt.
  7. Schroef de ventieldop weer vast. 
  8. Herhaal dit voor alle vier de banden. Als u een uitzonderlijke of ongewone daling in bandenspanning opmerkt, kan dit duiden op een lek, en dient u een professional te raadplegen.

Als u een uitzonderlijke of ongewone daling in bandenspanning opmerkt, kan dit duiden op een lek, en dient u een professional te raadplegen.